Blaricum begon oorspronkelijk als een nederzetting van boeren die leefden in eenvoudige woningen en plaggenhutten. Rond de tiende eeuw vestigden de eerste mensen zich in het heide- en bosgebied van wat destijds bekend stond als Naerdincklandt en later Gooiland. Deze pioniers ontgonnen de ruige grond voor landbouw, met veeteelt op de gemeenschappelijke weiden en schapen op de heide. Eeuwenlang was de agrarische productie de belangrijkste bron van inkomsten in de Gooise dorpen. Blaricum groeide uit tot een prachtig brinkdorp dat tot 1920 zijn agrarische karakter behield en vandaag de dag nog steeds bekendstaat als het mooiste dorp van de streek. Het agrarische verleden van Blaricum symboliseert ook de strijd van de erfgooiers, die te maken hadden met de woeste natuur, harde heersers en talloze aanvallen van buitenaf om te kunnen overleven.
Blaricum rond 1790
“Blaricum is het minst welvarende dorp van alle dorpen in het Gooi. Er valt dan ook weinig interessants te vertellen over het dorp. De welvaart is de afgelopen honderd jaar nauwelijks toegenomen. Volgens een telling heeft Blaricum 108 woningen, één minder dan in 1732. Deze boerenwoningen worden bewoond door bijna vijfhonderd mensen, die vrijwel allemaal Rooms-Katholiek zijn. Er is ook nog een gereformeerde kerk met maar weinig leden. Wat betreft het openbaar bestuur heeft het dorp zijn eigen bestuur voor lokale zaken, maar voor rechtspraak werkt men samen met het bestuur van Laren. De inwoners leven van de opbrengst van het land en de vrouwen spinnen wol. Hoe onaanzienlijk het dorp Blaricum ook is, het ligt in een paradijselijke omgeving. Op een kwartier lopen ligt de bekende Tafelberg, die een prachtig uitzicht biedt en bezoekers ontzag inboezemt voor de schepper van de natuur.
Ontdekking
Rond 1875 begon de ontdekking van het Gooi, en dan vooral Blaricum. Kunstenaars, dichters, schrijvers en welgestelde Amsterdammers zochten er hun toevlucht. Dit bracht veranderingen in de samenleving met zich mee. De levensstijl van niet-Blaricummers verschilde van die van de oorspronkelijke bevolking. De heidevelden en akkers rondom Blaricum veranderden op vele plaatsen in bouwgrond voor villa’s. Om het unieke karakter van het dorp te behouden, werd de kern van Blaricum in 1967 aangewezen als beschermd dorpsgezicht volgens de Monumentenwet.
De meest eerste ingrijpende verandering in de maatschappelijke structuur vond plaats in 1973, toen de wijk Bijvanck werd gebouwd om aan de vraag naar woningen te voldoen.
De naam Blaricum
De eerste vermelding van Blaricum in de archieven dateert uit 1343. De naam Blaricum zou kunnen worden verklaard als een samenstelling van de persoonsnaam “Bladheri” met het achtervoegsel “Inga” en het woord “heem” (woonplaats). Daarnaast zijn er andere varianten van de naam zoals Blaercom, Blarikom en Blaren die in oude geografische woordenboeken worden genoemd.
Het gemeentewapen
Op 14 april 1897 werd het wapen van Blaricum officieel toegekend door de Kroon.
Het wapen met de drie blauwe korenbloemen op een zilveren achtergrond herinnert aan het agrarische verleden van Blaricum. Het is een symbool van de verbondenheid met het land en de landbouw die zo’n belangrijke rol speelde in de geschiedenis van het dorp.
Blaricum heeft door de eeuwen heen een opmerkelijke transformatie doorgemaakt, van een bescheiden boerennederzetting tot een geliefde gemeente waar mensen graag wonen, werken en recreëren. De rijke historie en de schilderachtige omgeving maken Blaricum tot een unieke plek waar traditie en vooruitgang hand in hand gaan. Het dorp blijft zijn charme behouden en blijft bezoekers en inwoners betoveren met zijn bijzondere karakter en gastvrijheid.